F

Fase De fase of schijngestalte van een hemellichaam is de fractie van dat hemellichaam dat verlicht is. Het meest bekend zijn de maanfasen, maar ook de planeten vertonen tot op een bepaalde hoogte fasen. Doordat de binnenplaneten zich, vanaf de aarde gezien, zowel voor als achter de zon kunnen bevinden, vertonen zij alle fasen (van helemaal onverlicht (0%) tot volledig verlicht (100%).
Fasehoek De fasehoek van een planeet is de hoek tussen de lijnen zon–planeet en planeet–aarde. De fasehoek wordt gebruikt om de fase en magnitude van een planeet uit te rekenen, maar bepaalt ook wanneer de manen van Jupiter worden verduisterd en welk deel van Saturnus' ringen zich in de schaduw van de planeet bevinden.
Fermionen Elementaire deeltjes kunnen opgedeeld worden in twee groepen: bosonen en fermionen. Ze verschillen in de waarde van hun spin. Fermionen (genoemd naar de Italiaanse natuurkundige Enrico Fermi) hebben een spin met een halftallige waarde (1/2 en oneven veelvouden). Men kan de deeltjes als 'materie' bestempelen. Het betreft quarks, leptonen en baryonen. Voorbeeld: elektronen, protonen en neutronen hebben als spin 1/2. Volgens het Pauli-uitsluitingsprincipe kunnen twee fermionen nooit in dezelfde quantumtoestand (zelfde positie, snelheid en spin) verkeren. Dit verklaart het bestaan van bruine en witte dwergen (elektronendruk) en neutronensterren (neutronendruk).  In de kwantummechanica wordt het individueel gedrag van de fermionen beschreven door middel van een Y-anti-symmetrische golffunctie: de deeltjes zijn identiek, niet onderscheidbaar en voldoen aan het uitsluitingsprincipe. De Fermi-Dirac verdeling is geldig voor fermionen. Men zou kunnen zeggen dat fermionen elkaars gezelschap schuwen.
Flare of vlam Een explosie in de chromosfeer van de zon.
Fotografische magnitude De magnitude van een ster, gemeten op een fotografische plaat. Deze is gevoeliger voor blauw en ultraviolet licht dan het oog. Bij sterren met bepaalde kleuren verschilt de fotografische magnitude van de visuele magnitude.
Foton Een foton (Grieks: fotos = licht) is de wetenschappelijke naam voor een lichtdeeltje. Licht wordt in de natuurkunde voorgesteld als zowel een golf- als een deeltjesverschijnsel. Het licht van een hemellichaam, zoals bijvoorbeeld de zon, wordt dan voorgesteld als een stroom fotonen.
Fotosfeer De fotosfeer is het zichtbare oppervlak van de zon, waar het zichtbare licht vanaf komt en dus het oppervlak dat wij met het blote oog kunnen zien. Doordat de zon een gasbol is, is haar oppervlak niet eenduidig gedefiniëerd, maar hangt af van de soort straling waarmee wordt waargenomen (ultraviolet, zichtbaar licht, infrarood) of zelfs van de kleur van het licht.
Fraunhoferlijnen Absorptielijnen in het spectrum van de zon.
Fusie (kernfusie) Een proces waarbij atoomkernen met zo'n enorme snelheid op elkaar botsen dat ze met elkaar versmelten and daarbij een grote hoeveelheid energie uitzenden. In het centrum van de meeste sterren fuseren waterstofkernen samen tot helium. Er komt bij deze kernfusie zo veel energie vrij dat het voorkómt dat de ster onder zijn eigen gewicht in elkaar stort, en het verhit de ster zozeer dat sterren schijnen als de heldere objecten die we aan de hemel zien.