M

Maan Hemellichaam dat om een planeet heen draait. Traditioneel wordt deze term specifiek gebruikt voor Luna, de wetenschappelijke benaming voor de maan van de aarde. De maan is in verhouding zo'n grote satelliet, dat men denkt dat de aarde en maan een dubbelplaneet vormen.
Maanbaan De maanbaan is de baan van de maan om de aarde. De maanbaan is een ellips, met als extremen het perigeum en het apogeum. De maan heeft een maand nodig om eenmaal zijn baan om de aarde te doorlopen. De maanbaan heeft een inclinatie van 5,1° met de ecliptica en snijdt de ecliptica in de knopen.
Maand Een maand is de tijdspanne van ongeveer 30 dagen en kan de volgende betekenissen hebben: Een kalendereenheid (een kalendermaand is een tijdsduur van exact 28, 29, 30 of 31) of een tijdsduur (een maand is ongeveer de tijd die de maan nodig heeft voor één volledige omloop in zijn baan om de aarde).
Maanfase Schijngestalte van de maan, o.a. volle maan, afnemende maan, nieuwe maan en wassende maan. Het is op ieder moment de fractie van het zichtbare maanoppervlak dat verlicht is.
Maankalender Een kalender gebaseerd op de maan. De meeste maankalenders zijn eigenlijk lunisolaire kalenders, waarin de maanden worden bijgehouden aan de hand van de maan, maar worden gecorrigeerd om aan te sluiten op een tropisch jaar.
Maansverduistering Bij een maansverduistering of maaneclips beweegt de maan achter de aarde langs, gezien vanaf de zon. De aarde staat dan dus tussen de zon en de maan in, zodat de schaduw van de aarde op de maan valt en de maan wordt verduisterd. We spreken van gedeeltelijke en totale maansverduisteringen, afhankelijk van het gedeelte van de maan dat wordt verduisterd. Bovendien kennen we maansverduisteringen in de donkere kernschaduw en in de bijschaduw van de aarde.
Magelhaanse wolken De melkwegstelsels die het dichtst bij het onze staan. Ze zijn slechts op het zuidelijk halfrond zichtbaar. Astronomen denken dat deze twee melkwegstelsels een drieling vormen met ons Melkwegstelsel.
Magneetveld Een magnetisch veld of magneetveld is het gebied rondom een magneet waarin de krachten van die magneet sterk en dus goed merkbaar en meetbaar zijn. Een magneetveld wordt vaak aangeduid met magnetische veldlijnen, die van de magnetische noordpool naar de magnetische zuidpool lopen en de richting van de magnetische krachten aangeven.
Magnetisch veld van de zon In het begin van de cyclus gelijkt het magnetisch veld van de zon op een dipool: 'helmet streamers' (gesloten veldlijnen) in het gebied van de Evenaar en coronale gaten (open veldlijnen) nabij de polen. In de loop van de volgende 5 à 6 jaar is deze mooie configuratie verbroken: streamers en coronale gaten bevinden zich verspreid over alle breedtegraden. Daarna wordt geleidelijk de dipoolstructuur hersteld.
Magnetosfeer De magnetosfeer van een planeet (bijvoorbeeld de aarde) is het gebied rondom die planeet waar magnetische velden relatief sterk zijn. De magnetosfeer van de aarde beschermt ons tegen schadelijke deeltjes uit de ruimte, zoals die van de zonnewind. In de buurt van de polen ligt de magnetosfeer dichter bij het aardoppervlak en kan de zonnewind de aardatmosfeer binnendringen, wat de oorzaak is van het poollicht.
Magnitude De schijnbare magnitude van een ster is een maat voor de helderheid ervan, gezien vanaf de aarde. Heldere sterren noemt men van de eerste magnitude. De zwakste sterren die met het blote oog gezien kunnen worden, zijn van de zesde magnitude. Op deze schaal hebben helderder sterren, zoals de zon, een negatieve magnitude. Sirius heeft een magnitude van -1,6 en de schijnbare magnitude van de zon is -26,8.
Mars De vierde planeet in ons zonnestelsel, gerekend vanaf de zon, ook wel de rode planeet genoemd. De diameter van Mars is ongeveer de helft van die van de aarde.
Meervoudige ster Zie Dubbelster.
Megajaar Een megajaar (Mjr) is een tijdseenheid van 1 miljoen (1.000.000) jaar. De afkorting voor megajaar is Mjr (Engels Myr).
Megaparsec Een megaparsec (Mpc) is een afstandsmaat van 1 miljoen (1.000.000) parsec, circa 3,1E+19 km.
Melkweg Het sterrenstelsel waarvan de zon en dus ook de aarde deel uitmaakt.
Melkwegstelsel Het Melkwegstelsel is de naam van het sterrenstelsel waarin zich ons zonnestelsel, en dus de aarde, bevindt. Het Melkwegstelsel is een vrij groot spiraalstelsel met naar schatting circa 200 miljard sterren, waar de zon er één van is. Van boven gezien heeft het Melkwegstelsel dus een spiraalstructuur, van de zijkant is het vrij plat, met een verdikking in het centrum. De projectie van het Melkwegstelsel aan onze hemel is te zien als een vage, nevelachtige band die de Melkweg wordt genoemd.
Mercurius De planeet in ons zonnestelsel die het dichtst bij de zon staat. Mercurius is de kleinste planeet in het stelsel en lijkt veel op de maan.
Meridiaan Op aarde: Een meridiaan is een lengtecirkel in het coördinatenstelsel waarmee een plaats op aarde wordt aangegeven. Alle meridianen lopen van noord naar zuid, zijn grootcirkels, lopen door zowel Noordpool als Zuidpool en snijden de evenaar onder een rechte hoek. De nulmeridiaan voor het coördinatenstelsel op aarde is de lengtecirkel die door de sterrenwacht van Greenwich, in London, loopt.
Aan de hemelbol: Daar een meridiaan de lijn die de noordpool en zuidpool van de hemel verbindt en door het zenit loopt. Op het noordelijk halfrond snijdt de meridiaan de horizon in het zuiden, op het zuidelijk halfrond is dat in het noorden. De culminatie of transit van een object vindt plaats wanneer deze de meridiaan passeert.
Messier De Messiercatalogus is een lijst met 110 deepsky-objecten, voor het grootste deel (de eerste 103 objecten) samengesteld door de Franse kometenjager Charles Messier. Messier zocht onontdekte kometen, en stelde de lijst, die in 1771 werd gepubliceerd, samen om 'komeet-achtige' objecten die geen komeet waren in kaart te brengen. De lijst bestaat hierdoor uit vrij heldere en dus relatief gemakkelijk waar te nemen objecten. De meeste Messier-objecten zijn al met een verrekijker of kleine telescoop te zien.
MET De afkorting MET staat voor Midden-Europese Tijd, bij ons wintertijd genoemd. Dit is de lokale tijd die geldt in de tijdzone waarin onder andere Nederland en België zich bevinden. De MET geldt ruwweg van november tot en met maart. In de rest van het jaar geldt de MEZT (de zomertijd), een aanpassing op de MET. De MET loopt 1 uur voor op de UT.
Metaal In de sterrenkunde verstaat men onder metalen alle elementen die zwaarder zijn dan waterstof en helium. Vanaf lithium is dus alles metaal. In de scheikunde beschouwt L. Pauling (Chimie générale) 74 elementen van de 98 elementen van de tabel van Mendeljew als metaal. Kenmerkend is o.a. de goede geleidbaarheid van warmte en elektrische stroom.
Meteoor Een meteoor is een lichtflitsje dat snel langs de nachthemel beweegt en in de volksmond wel een vallende ster wordt genoemd. Het gaat hier echter om een klein rotsblokje dat door het zonnestelsel bewoog en meteoroïde wordt genoemd. Wanneer zo'n meteoroïde met hoge snelheid in de aardatmosfeer terecht komt, warmt het de lucht voor zich snel op (voornamelijk door compressie, minder dan door wrijving) en brengt het de atmosfeer om zich heen aan het lichten, wat we kunnen zien als een meteoor. Wanneer een meteoroïde inslaat (op aarde of op een ander hemellichaam) spreken we van een meteoriet.
Meteoorzwerm Een meteoorzwerm of meteorenzwerm is een verzameling van meteoren die rond dezelfde tijd en in hetzelfde gebied aan de hemel zichtbaar zijn. Het punt aan de hemel waaruit de meteoren lijken te komen wordt de radiant genoemd. Het aantal meteoren per uur wordt gemeten met de ZHR. Veel van deze meteoorzwermen zijn ieder jaar rond dezelfde tijd zichtbaar.
Meteoriet Een gesteente uit de ruimte (meteoroïde) dat inslaat op het oppervlak van een planeet omdat het niet volledig is verbrand in de atmosfeer. De vier voornaamste soorten zijn: chondrieten (oorspronkelijk materiaal van ons zonnestelsel), achondrieten (gevormd door smeltprocessen), ijzermeteorieten (materiaal in de kern van een planeet) en steen-ijzermeteorieten (komt overeen met de mantel van een gedifferentieerde planeet).
Meteoroïde Een meteoroïde is een stuk steen, met een grootte die ligt tussen de grootte van een zandkorrel en die van een flink rotsblok, dat zich door het zonnestelsel beweegt. Wanneer een meteoroïde in de aardatmosfeer terechtkomt, veroorzaakt deze een lichtend spoor dat we een meteoor noemen. Een meteoroïde die inslaat, bijvoorbeeld op een planeet, noemen we een meteoriet. Een meteoroïde die voldoende groot is om (met behulp van telescopen) gedetecteerd te worden zonder dat deze in de aardatmosfeer terechtkomt noemen we een planetoïde.
METZ De afkorting MEZT staat voor Midden-Europese ZomerTijd. Dit is de tijd die geldt in de tijdzone waarin onder andere België en Nederland zich bevinden. De MEZT geldt ruwweg van april tot en met oktober. In de rest van het jaar geldt de MET (de wintertijd). De MEZT loopt 2 uur voor op de UT.
Middernacht Het begrip middernacht wordt gebruikt in twee betekenissen:
1. algemeen: het tijdstip 0 of 24 uur locale tijd, waarop de datum verspringt.
2. sterrenkunde: het moment van het etmaal waarop de zon het diepst onder de horizon staat. Dat is het donkerste moment van het etmaal en dus in principe ideaal voor het waarnemen van de nachthemel. Dit moment van middernacht vindt in onze streken ruwweg plaats tussen 0:20 en 1:00 uur MET of 1:20 uur en 2:00 uur MEZT, wanneer de zon onder de noordelijke horizon staat.
Midwinter Zie Winterzonnewende.
Midzomer Zie Zomerzonnewende.
Milliboogseconde Een milliboogseconde is een hoek van een duizendste (0,001) boogseconde.
Morgenster Zie ochtendster.
Mvh De afkorting mvh betekent miljoenste van het (zichtbare) zonneoppervlak (of in het engels msh — millionths of the solar hemisphere). Het is de oppervlakte-eenheid voor zonnevlekken en andere verschijnselen op de zon. Eén mvh is ongeveer gelijk aan 3,036 miljoen km2.