O

Object Zie hemellichaam.
Observatorium Zie sterrenwacht.
Occulatie Dit gebeurt als de maan of een planeet voor een ander hemellichaam langsgaat.
Ochtendhemel Met ochtendhemel wordt de sterrenhemel bedoeld die voor een bepaalde locatie rond de ochtendschemering zichtbaar is, dus vlak voor zonsopkomst. Objecten (zoals Mercurius en Venus) die dan laag boven de oostelijke of zuidoostelijke horizon staan zijn over het algemeen alleen rond dat moment korte tijd zichtbaar.
Ochtendschemering Met ochtendschemering wordt in de sterrenkunde het begin van de schemering aangeduid, dus aan het einde van de nacht, wanneer het 's ochtends licht begint te worden. Zie avondschemering en schemering, die afwijkt van de alledaagse definitie. De sterrenhemel in de ochtendschemering wordt wel ochtendhemel genoemd.
Ochtendster Met een ochtendster wordt de binnenplaneet Mercurius of, vaker, Venus bedoeld, die verschijnt aan de ochtendhemel. Met name Mercurius, en in mindere mate Venus, staat dicht bij de zon, en is dus alleen zichtbaar (vlak) voor zonsopkomst of vlak na zonsondergang. In het eerste geval heet de planeet ochtendster, in het tweede geval avondster.
Ondergang De ondergang van een hemellichaam is het (meestal dagelijks) verdwijnen van dat object onder de horizon. Voor een ster of een planeet is het moment van ondergang duidelijk gedefiniëerd, voor de zon en de maan gebruiken we het tijdstip waarop de bovenrand van de schijf verdwijnt. Hemellichamen die nooit onder gaan, maar altijd boven de horizon staan, heten circumpolair.
Ontsnappingssnelheid Dit is de snelheid die een voorwerp nodig heeft om te kunnen ontsnappen aan de aantrekkingskracht van een hemellichaam. Voor de aarde is dit 11,2 km/s.
Onze Jaartelling, O.J. Met het begrip onze jaartelling en de afkorting o.j. wordt de in het westen (waaronder de EU) gangbare jaartelling van de Gregoriaanse kalender aangeduid. Oorspronkelijk werd het systeem ontworpen met de bedoeling om als beginjaar het geboortejaar van Jezus van Nazareth, een van de belangrijkste personen van het christendom, te nemen. Het is echter onduidelijk in welk jaar Jezus van Nazareth werd geboren, maar het is waarschijnlijk dat dit niet in het jaar 1 n.o.j. was. In plaats van alle jaartallen in de geschiedenisboeken aan te passen is besloten het bestaande systeem te handhaven en er de naam onze jaartelling (o.j.) aan te geven.
Open sterhoop Een open sterhoop, open cluster of open stercluster is een groep van typisch enkele duizenden sterren die tegelijk en uit dezelfde gaswolk zijn ontstaan. De sterren in een open cluster hebben hierdoor dezelfde leeftijd en staan op dezelfde afstand van de zon. Een bekende open stercluster is de Pleiaden in het sterrenbeeld Stier. Een open sterhoop heeft minder en jongere sterren dan een bolvormige sterhoop. Over het algemeen wordt aangenomen dat open sterhopen (gedeeltelijk) ontbonden worden naarmate de cluster ouder wordt, doordat sterren de sterhoop verlaten na dynamische interacties. Er zijn sterke aanwijzingen dat de zon circa 4,6 Gjr geleden is ontstaan in een open sterhoop. Open sterhopen maken deel uit van de deepsky-objecten.
Opkomst De opkomst van een hemellichaam is het (meestal dagelijks) verschijnen van dat object boven de horizon. Voor een ster of een planeet is het moment van opkomst duidelijk gedefiniëerd, voor de zon en de maan gebruiken we het tijdstip waarop de bovenrand van de schijf verschijnt. Hemellichamen die nooit opkomen, maar altijd boven de horizon staan, heten circumpolair.
Oppositie Een buitenplaneet of planetoïde is in oppositie met de zon, of kortweg in oppositie, wanneer deze tegenover de zon aan de hemel staat. De zon, de aarde en het object staan dan dus op een lijn. Het gevolg hiervan is dat het object opkomt rond het moment dat de zon ondergaat en omgekeerd, waardoor het object dus vrijwel de gehele nacht zichtbaar is.
Oppositielus Een buitenplaneet maakt in de periode rond zijn oppositie vaak een oppositielus. Deze lus ontstaat doordat de aarde de planeet inhaalt, doordat de aarde ten eerste een grotere baansnelheid heeft en ten tweede een kleinere baan. Hierdoor lijkt de buitenplaneet achteruit te bewegen, wat ook wel retrograde beweging wordt genoemd. Bij het begin en einde van de oppositielus staat de planeet dus even stil in voorwaartse beweging. We zeggen dan dat de planeet stationair is.
Overgang Een overgang vindt plaats wanneer een kleiner voorgrondobject voor een groter achtergrondobject langs beweegt, en het achtergrondobject dus gedeeltelijk bedekt. Zo vinden er af en toe overgangen van Mercurius over de zon plaats, waarbij de kleine planeet als een zwarte stip op de heldere zonneschijf zichtbaar is.